Minister Dijkstra sluit niet uit dat onze soevereiniteit verder wordt overgedragen aan WHO

Afgelopen week stuurde D66-minister Dijkstra voor Medische Zorg een brief aan de Kamer over de voortgang van de onderhandelingen rond het pandemieverdrag en de amendementen op de Internationale Gezondheidsregeling (IHR). Bij de Kamerbrief zijn conceptversies toegevoegd, met daarin een aantal opmerkelijke zaken.

Uit een bijlage bij de brief van de minister blijkt bijvoorbeeld dat Nederland één van de initiatiefnemers is van het ‘pandemie-instrument’.

In de brief schrijft ze dat Nederland zich ervoor inzet dat dit instrument ‘geen bepalingen [bevat] waarmee er nationale bevoegdheden en/of soevereiniteit rondom de inzet van maatregelen ter bestrijding van een internationale gezondheidscrisis worden overgedragen’.

Niets is minder waar

In diezelfde brief staat echter ook dat de onderhandelingen ‘in mei 2024 moeten leiden tot een besluit over een juridisch bindend instrument’.

De minister sluit dus nadrukkelijk niet uit dat er soevereiniteitsoverdracht zal plaatsvinden, merkt Forum voor Democratie op.

“Het kabinet doet net alsof de WHO met deze wijzigingen geen nieuwe bevoegdheden krijgt. Niets is minder waar,” benadrukt Kamerlid Pepijn van Houwelingen.

Ook opmerkelijk

FVD maakt zich grote zorgen over de alsmaar toenemende inmenging van internationale organisaties in onze nationale besluitvorming en wil dat Nederland zich zo snel mogelijk terugtrekt uit de WHO.

Ook opmerkelijk: in de voorgestelde wijzigingen van de IHR wordt de zinsnede die stelt dat de implementatie ‘met volledig respect voor de waardigheid, mensenrechten en fundamentele vrijheden van burgers’ moet plaatsvinden, verwijderd.

Toenmalig minister Kuipers zei op 8 november dat deze wijziging zal worden ingetrokken of op dat moment al was ingetrokken ‘om misverstanden te voorkomen’, maar dat is tot op heden nog niet gebeurd.